{$lblSkipToContent|ucfirst}
Let op: Om de gebruikerservaring op deze site te verbeteren gebruiken we cookies.

Vlaamse publieke geregionaliseerde zorgsectoren

In deze rubriek vind je de vragen die ons het vaakst worden gesteld. 

Deze rubriek wordt voortdurend bijgewerkt, kom regelmatig eens kijken!

De sociale partners zijn het eens dat die werknemers de keuze moeten blijven behouden om al dan niet in te stappen in IFIC. Met andere woorden ze kunnen door de overnemende juridische publieke entiteit niet worden beschouwd als nieuwe werknemers waardoor zij geen keuze meer zouden hebben en verplicht worden ingeschaald in de IFIC-barema’s, voor zover de functie en het barema zou geactiveerd zijn.

Vraag nummer 5101

De sociale partners zijn het eens dat die werknemers de keuze moeten blijven behouden om al dan niet in te stappen in IFIC. Met andere woorden ze kunnen door de overnemende juridische publieke entiteit niet worden beschouwd als nieuwe werknemers waardoor zij geen keuze meer zouden hebben en verplicht worden ingeschaald in de IFIC-barema’s (voor zover de functie en het barema zou geactiveerd worden).

Vraag nummer 5102

• De 100% IFIC barema's zijn van toepassing vanaf 1 juli 2021 in de federale- en Vlaamse geregionaliseerde PRIVE-zorgsectoren (PC 330); de implementatie in dezelfde publieke sectoren is inderdaad in voorbereiding.


• In de federale privé zorgsectoren is er inderdaad een gemiddelde stijging van de totale loonkost met 6% ten gevolge van de invoering van IFIC (iets meer in de Vlaamse geregionaliseerde privésectoren). Dit betekent echter niet dat alle werknemers hun salaris met 6% zien stijgen: het belang om al dan niet voor IFIC te kiezen varieert naar gelang van de functie, het startbarema (huidig barema), de anciënniteit, het aantal resterende loopbaanjaren. Dit wil zeggen dat IFIC voor bepaalde medewerkers meer dan 6% voordeel kan betekenen, maar voor andere medewerkers ook helemaal geen voordeel kan betekenen. Het is dus de individuele situatie van de werknemer op het moment van de keuze (startbarema, anciënniteit, enz.) die doorslag geeft.

Vraag nummer 5103

 

Deze sectoren volgen een ander IFIC-traject/project dat aansluit bij de ontwikkeling van een functieclassificatie voor de klassieke VIA-sectoren. Daar is de classificatie dus nog in opmaak. De sociale partners en IFIC werken hard aan de opmaak, ontwikkeling en verfijning van deze functieclassificatie. Zolang deze nog niet definitief is, kan ze nog niet op onze website worden gepubliceerd. Het beantwoorden van vragen in verband met de voorafnames in de kinderopvang en thuiszorg (zie protocol 3) is niet de bevoegdheid van IFIC vzw. Daarvoor raden wij u aan uw werkgeversfederatie of vakbondsverantwoordelijke te contacteren.

Vraag nummer 5104

Je moet in eerste instantie twee zaken onderscheiden: een individuele overgang of verandering van werkgever en een collectieve overgang of overname.

 

In het geval van een individuele verandering van werkgever: ja, deze werknemer moet gezien worden als een ‘nieuwe werknemer’. Als ze in dienst komen in een geïmplementeerde functie met een geactiveerd IFIC-barema, krijgen ze onmiddellijk het IFIC barema. De anciënniteitsregels zoals op vandaag gekend, blijven van toepassing.

 

Bij collectieve overgang of overname geldt het volgende: de sociale partners zijn het eens dat die werknemers de keuze moeten blijven behouden om al dan niet in te stappen in IFIC. Met andere woorden ze kunnen door de overnemende juridische publieke entiteit niet worden beschouwd als nieuwe werknemers waardoor zij geen keuze meer zouden hebben en verplicht zouden worden ingeschaald in de IFIC-barema’s, voor zover de functie en het barema geactiveerd zijn.

Vraag nummer 5105

Ja. Het klopt dat er enkele voorafnames gedefinieerd zijn door de sociale partners. Dit betreft echter geen implementatie van een IFIC-functieclassificatie of loonmodel. De procedures gedefinieerd voor de IFIC-implementatie binnen de ouderenzorg (bv. begeleidingscommissies, beroep, enz.), zijn dan ook niet van toepassing voor deze sectoren. Het beantwoorden van vragen in verband met de voorafnames in de kinderopvang en thuiszorg (zie protocol deel 3) is bijgevolg niet de bevoegdheid van IFIC vzw. Daarvoor raden wij u aan uw werkgeversfederatie of vakbondsverantwoordelijke te contacteren.

Vraag nummer 5106

Ik ben werknemer in een sector waar de implementatie van het IFIC-model van toepassing is en ik zou graag advies willen krijgen over de toewijzing van een functie en/of over de keuze met betrekking tot mijn barema: tot wie kan ik me richten?

IFIC geeft geen advies aan werknemers wat betreft de functietoewijzing of het bepalen van barema's. U kan hiervoor terecht bij de personeels-/HR-dienst van uw instelling of bij uw syndicale organisatie.

Vraag nummer 5107

Interne beschrijvingen kunnen verder blijven bestaan naast de sectorale functiebeschrijvingen, die gebruikt worden voor de afspraken betreffende de sectorale akkoorden over de barema's. Omgekeerd kunnen de sectorale functiebeschrijvingen ingeschakeld worden voor meerdere HR-processen op ondernemingsvlak (voor vormingen, rekrutering, enz.), indien de werkgever dit wenst.

Vraag nummer 5108

In punt 1.3.3 van het wijzigend ‘Protocol IFIC Vlaamse publieke sectoren (deel 2): barema activering en procedures‘ wordt vermeld dat bepaalde kinesitherapeuten kunnen terugkomen op hun keuze voor het IFIC-barema. Klopt dit en hoe verhoudt zich dit tot de onomkeerbaarheid van de keuze voor het IFIC barema (principe)?

De sociale partners in de stuurgroep IFIC – Vlaamse publieke sectoren wensen met deze toelichtende tekst de formulering van het bovenvermelde hoofdstuk te verduidelijken. De titel van het hoofdstuk spreekt over een uitzondering op de onomkeerbaarheid van de keuze voor het IFIC-barema. De opgenomen bepaling mag echter niet gelezen worden als een echte uitzondering op de onomkeerbaarheid maar veeleer als een ad hoc oplossing voor een juridische issue. De sociale partners wensen hieronder de titel – meer specifiek ten aanzien van de door de raad van bestuur gevalideerde IFIC principes - in de juiste context te plaatsen. De bepaling in het voornoemde artikel blijft gelden, moet gezien worden als – in het geval het Arbeidshof van Gent zou oordelen dat de licentiaten of masters in de kinesitherapie, die op 31 december 2021 op het B-niveau werkzaam waren bij een lokaal bestuur, op masterniveau verloond moeten worden – een juridische rechtzetting en een uitvoeringsmodaliteit/gevolg van een arbeidsrechtelijk beslissing. Dit telkens op individueel niveau voor eventueel betrokken werknemers. Deze uitzondering voor de juridische correctie doet geenszins afbreuk aan het beginsel van onomkeerbaarheid van de keuze voor het IFIC-barema, en kan als zodanig niet als een precedent op dit gebied worden beschouwd.

Vraag nummer 5109

In het VIA 6-akkoord is de uitrol van de IFIC-functieclassificatie voorzien. In eerste instantie zal dit in de ouderenzorg (woonzorgcentra, centra voor dagverzorging en centra voor kortverblijf) zijn. Het gaat hier dus om VIA-personeel. De toewijzingen van de sectorale IFIC-functies moeten dus uitgevoerd worden voor het volledige personeel  van de betrokken publieke Vlaamse zorginstellingen en voor het gedetacheerd of ter beschikking gesteld statutair personeel in de publieke en de private instellingen ouderenzorg en geregionaliseerde instellingen, met uitzondering van het administratief personeel en de directie en de artsen. 

Vraag nummer 5201

Neen, dat is niet verplicht. Deze medewerkers vallen niet onder het toepassingsgebied.

Vraag nummer 5202

Voor zover de opeenvolgende contracten van bepaalde duur afgesloten zijn bij dezelfde werkgever en zolang er geen functiewijziging is, is er geen reden om een wijziging van barema te voorzien voor deze werknemer. Uiteraard blijven de wettelijke bepalingen met betrekking tot de opeenvolgende contracten van toepassing. 


Concreet zal de werknemer in dienst op 31/12/21 en nog steeds in dienst op datum E, onder voornoemde voorwaarden niet beschouwd worden als “nieuwe werknemer”, maar als werknemer in dienst conform hoofdstuk 2.3 van protocol 2. Deze medewerker heeft, onder voornoemde voorwaarden dan ook recht op de retroactiviteit.

Vraag nummer 5203

Moet een medewerker beschouwd worden als nieuwe medewerker in bijvoorbeeld een van volgende situaties:

- Een medewerker (reeds in dienst) heeft een contract van bepaalde duur en krijgt daarna een contract van onbepaalde duur of vaste benoeming.

- Een medewerker (reeds in dienst) heeft een vervangingscontract en krijgt een contract van (on)bepaalde duur of vaste benoeming.

Voor zover dit plaatsvindt bij dezelfde werkgever en zolang er geen functiewijziging is, is er geen reden om een wijziging van barema te voorzien voor deze werknemer. Uiteraard blijven de wettelijke bepalingen hieromtrent van toepassing. 

Concreet zal de werknemer in dienst op 31/12/21 en nog steeds in dienst op datum E, onder voornoemde voorwaarden niet beschouwd worden als "nieuwe werknemer", maar als werknemer in dienst conform hoofdstuk 2.3 van protocol 2. Deze medewerker heeft, onder voornoemde voorwaarden dan ook recht op de retroactiviteit.

Vraag nummer 5204

De sociale partners hebben beslist dat directieleden buiten het toepassingsgebied van IFIC vallen. Zij moeten dus geen referentiefunctie toegewezen krijgen. Directiefuncties werden niet beschreven binnen het IFIC functietapijt.

Bij twijfel is het belangrijk om u niet enkel te laten leiden door de interne functietitel. Als de persoon effectief beschouwd wordt als directie, dan valt die buiten het toepassingsgebied. Indien dit niet het geval is en u kan een geïmplementeerde IFIC-functie toewijzen (zie de vuistregels zoals de 80% regel, …), dan kan die functie toegewezen worden. De sociale partners wensen wel te benadrukken dat iemand die een functie uit het tapijt bekleedt toch van toewijzing uitgesloten mag worden indien nader onderzoek aantoont dat ze effectief tot de directie behoort.

Vraag nummer 5205

Neen, het personeel tewerkgesteld in de GAW’s valt niet onder het toepassingsgebied.

Vraag nummer 5206

Het administratief personeel valt niet onder het toepassingsgebied van IFIC. Wat wordt als 'administratief personeel' gezien? Wordt bijvoorbeeld de 2471 'administratief medewerker aankoop' uit het IFIC departement hotel, logistiek en techniek gezien als administratief personeel? Wat met de maatschappelijk assistent?

Het protocol van 24/11/21 deel 1 vermeldt het volgende: "bij twijfel of een personeelslid onder ‘administratief personeel’ gekenmerkt wordt, kan men kijken naar het administratief departement van de IFIC – functieclassificatie. Als de uitgevoerde functie daar voorkomt, behoort het personeelslid tot het administratief personeel. De begeleidingscommissie kan hierin ook hun advies geven"


Concreet:
Het is mogelijk dat men binnen een bepaalde functie (bv. van maatschappelijk assistent) enkele administratieve taken uitvoert zonder dat men onder het 'administratief personeel' gekenmerkt wordt.


Wat de functie 2471 administratief medewerker aankoop betreft hebben de sociale partners besloten de functie te implementeren. Indien de functie toegewezen kan worden (80%-regel, enz.), moet die toegewezen worden en valt de medewerker onder het toepassingsgebied. Baremiek zal er voor die functie evenwel niets veranderen gezien het IFIC barema voor de functie 2471 niet geactiveerd werd.

Vraag nummer 5207

Vanuit een aantal woonzorgcentra (die over een eigen keuken beschikken) worden er ook maaltijden aan huis geleverd aan hulpbehoevende personen. In een aantal OCMW’s wordt die dienstverlening als een aparte dienst beschouwd, in een aantal andere OCMW’s worden die personeelsleden (zowel het keukenpersoneel dat instaat voor de bereiding van die maaltijden als de bedelers van die maaltijden) beschouwd (of staan zij ingeschreven) als personeel van het woonzorgcentrum. Vallen zij onder het toepassingsgebied van IFIC?

Indien het personeelslid onder het personeel van het woonzorgcentrum ingeschreven staat, dan valt hij/zij onder het toepassingsgebied van de implementatie. Bij twijfel of overlap geven de sociale partners de richtlijn dat men ten minste 1/3 van de arbeidstijd moet tewerkgesteld zijn binnen een van de betrokken geregionaliseerde zorginstellingen. Indien dit niet het geval is, valt het personeelslid niet onder het toepassingsgebied.

Vraag nummer 5208

Er zal een model huishoudelijk reglement beschikbaar zijn voor de interne beroepscommissies. Dit model is niet verplicht en dus vrij te gebruiken. Voor de begeleidingscommissies wordt geen model ter beschikking gesteld daar de organisatie ervan zich vooral op het lokaal niveau situeert en het kan verschillen van bestuur tot bestuur.

Vraag nummer 5301

Als er beslist wordt dat er geen begeleidingscommissie wordt opgericht, maar dat de taken worden overgenomen door het bijzonder onderhandelingscomité is het dan ook noodzakelijk dat er voor de interne beroepscommissie een verschil is van 1 persoon per bank?

Niet noodzakelijk. In dit geval is er in feite geen begeleidingscommissie. De taken worden echter wel opgenomen door het BOC. De sociale partners raden wel aan het verschil van één persoon per bank voor de interne beroepscommissie te behouden, als dat mogelijk is. Het is in dit geval echter geen verplichting.

Vraag nummer 5302

Neen, het volgen van de opleiding is opgenomen in protocol 1. Het moeten voorleggen van een attest niet. Het is ook mogelijk dat bepaalde leden het Webinar gevolgd hebben, waar er geen deelname-attesten waren voor voorzien.

Vraag nummer 5303

Hoe moeten we omgaan met medewerkers die een IFIC-functie uitoefenden op 1/07/2021, maar ondertussen (voor datum E) gemuteerd zijn naar een niet-IFIC functie? Ze zijn wel nog in dienst van de organisatie op datum E. Wat met de simulatie en retroactiviteit? 

Indien het IFIC barema voor functie B niet geactiveerd is (of het is geen IFIC-functie), ontvangt de werknemer geen loonsimulatie op datum E (ongeacht of het barema voor functie A al dan niet geactiveerd is) en heeft dus niet de mogelijkheid om voor het IFIC barema te kiezen.

Vraag 5316

Neen, in dit geval is er in feite geen begeleidingscommissie. De taken worden echter wel opgenomen door het BOC. Natuurlijk blijven de bepalingen zoals opgenomen in het KB ’84 omtrent het vakbondsstatuut van toepassing. De sociale partners raden wel aan zoveel als mogelijk de geest van het protocol te waarborgen.

Vraag nummer 5304

Het protocol zegt over de samenstelling van de begeleidingscommissie het volgende: "Er is minstens één (en maximum twee) vertegenwoordigers per vakbondsorganisatie vertegenwoordigd in het bijzonder onderhandelingscomité". Wordt in het onderlijnde echt het BOC bedoeld of wordt hier eigenlijk ook de begeleidingscommissie bedoeld?

Er wordt effectief het BOC bedoeld. De bedoeling van die passage is dat de vakbonden die vertegenwoordigd zijn in het BOC, ook vertegenwoordigd zullen zijn in de begeleidingscommissie. Het gaat hier over dezelfde vakbondsorganisaties en niet om specifiek dezelfde personen. 

Vraag nummer 5305

Neen, dat is geen probleem. De bepalingen en wetgeving zoals het KB ’84 omtrent het vakbondsstatuut blijven van toepassing. Het zijn de vakbonden en de werkgevers die respectievelijk hun vertegenwoordigers aanstellen.

Vraag nummer 5306

De interne beroepscommissie behandelt alle beroepen. Indien de interne beroepscommissie het nodig acht, kan de werknemer gehoord worden waarbij de werknemer de argumenten mondeling kan toelichten. Ook de leidinggevende van de werknemer kan daarbij gehoord worden. De werknemer kan hierbij zich laten bijstaan door een persoon naar zijn/haar keuze.

Vraag nummer 5307

Werknemers die meededen aan een examen in 2021 – uitgeschreven voor de implementatie van IFIC én met toenmalig de vermelding van het oude barema - krijgen uitzonderlijk eenmalig de keuze (bij indiensttreding) tussen het barema vermeld ten tijde van het examen en het IFIC barema gekoppeld aan de functie. Voor het overige zijn de bepalingen die gelden voor werknemers die vanaf 01/01/2022 in dienst treden van toepassing op deze nieuwe werknemers.  Deze werknemers kunnen dus geen beroep indienen tegen de functietoewijzing en hebben ook geen recht op de retroactiviteit op 01/07/2021.

Vraag nummer 5308

Ja, het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om een categorie toe te wijzen aan een ontbrekende functie, op basis van een vergelijking met andere bestaande sectorale functies uit de functiewijzer. De werkgever is verplicht om deze ontbrekende functie te melden aan vzw IFIC via een gestandaardiseerd formulier.  Voorlopig worden de barema's van ontbrekende functies niet geactiveerd. De sociale partners onderzoeken momenteel of de barema’s zouden kunnen worden geactiveerd, maar hiervoor is een aanpassing van het protocol nodig.

Vraag nummer 5309

In protocol deel 2 staat opgenomen dat als een personeelslid ervoor kiest om niet in te stappen in het IFIC-barema, dat er wordt nagegaan met de sociale partners of ze op een later moment nog zal kunnen instappen. Bedoelt men hier het lokaal overleg of via Comité C1?

Een eventueel later instapmoment wordt niet lokaal beslist, maar op Vlaams niveau, na onderhandelingen in Comité C1.

Vraag nummer 5310

De toewijzing van een categorie bij een ontbrekende functie is de verantwoordelijkheid van de werkgever en daardoor is het dus mogelijk dat er verschillende categorieën worden toegewezen aan een en dezelfde functietitel. Opgelet: het kan dat de functie in verschillende instellingen anders wordt uitgeoefend en er daardoor dus een verschillende categorie wordt toegekend. Onder eenzelfde functie titel, zijn verschillende realiteiten mogelijk (naar taken of verantwoordelijkheden). Er mag dus niet enkel een beslissing worden genomen op basis van de titel van de functie. De overeenstemmende taken dienen nauwkeurig te worden geanalyseerd, opdat objectieve vergelijkingspunten kunnen worden gevonden.

Vraag nummer 5311

 

In protocol 1 wordt een theoretische kalender voorgesteld op basis van een datum E van 07/03/2022, maar de tekst voorziet uitdrukkelijk in de mogelijkheid voor de voorzieningen om de datum E op een latere datum vast te stellen (ten laatste op 07/04/2022). In dat geval kan het lokale tijdschema gemakkelijk worden aangepast dankzij de in het protocol voorziene tijdsaanduidingen van het type E-x maanden/weken of E+x maanden/weken. Het zijn dus de tijdsaanduidingen ten opzichte van de datum E die van belang zijn, niet de datums op zich.

Wat de tijdsaanduidingen/termijnen betreft: er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen de tijdsvorken voor datum E, met name de voorbereidende fase, en die na datum E. Vóór datum E: in deze fase kan er, na lokaal overleg afgeweken worden van de vooropgestelde datums zonder dat dit een impact heeft op de volgende fase. Alle tijdsaanduidingen (bv. datum E+4weken) vastgelegd na datum E dienen wel gehandhaafd te worden om de procedure voorzien in het protocol te respecteren.

Datum E is de datum waarop de medewerkers kennis nemen van hun functietoewijzing en (indien van toepassing) hun baremasimulatie.  Het is de sleuteldatum in de implementatie. Gezien voor de termijnen om de baremakeuze te maken, beroep in te dienen, enz. gekeken wordt naar datum E, is het belangrijk dat deze datum duidelijk en ondubbelzinnig kenbaar is binnen de voorziening.

Vraag nummer 5312

Tijdens de implementatie van de sectorale classificatie (of bij het aanwerven wanneer de implementatie al uitgevoerd is) wijst de werkgever aan alle personeelsleden in de organisatie een sectorale functie (of een ontbrekende functie) toe.
In het kader van een ontbrekende functie, moet de werkgever de werknemer ook een categorie toekennen, op basis van een vergelijking met de bestaande sectorale functiecategorieën. Als ze ontbreken, kunnen functies in een toekomstige onderhoudsprocedure toegevoegd worden aan de classificatie, op voorwaarde dat het om relevante functie op sectorniveau gaat.
Het zou kunnen dat jouw functie nog niet beschreven werd, of dat je ze niet herkent omdat de sectorale titel niet overeenkomt met de functietitel die jij kreeg in de organisatie. De toewijzing van functies is een grondig proces, waarvoor zowel werkgevers als afgevaardigden een grondige opleiding hebben gekregen via vzw IFIC. Dit moet hen toelaten om vast te stellen of een sectorale functie toewijsbaar of ontbrekend is.

Vraag nummer 5313

Het administratief personeel wordt, conform het deelakkoord koopkracht voor de publieke sector, goedgekeurd door de sociale partners en de Vlaamse regering op 23 december 2020, in een eerste fase nog niet betrokken bij de implementatie. Tegen 30 juni 2023 zullen de sociale partners, na een grondige evaluatie van de implementatie, nagaan of functies en barema’s van het departement Administratie kunnen worden geactiveerd en desgevallend de voorwaarden vastleggen.

Bij twijfel of een personeelslid onder ‘administratief personeel’ gekenmerkt wordt, kan men kijken naar het administratief departement van de IFIC – functieclassificatie. Als de uitgevoerde functie daar voorkomt, behoort het personeelslid tot het administratief personeel. De begeleidingscommissie kan hierin ook hun advies geven. Opgelet: het is echter mogelijk dat men binnen een bepaalde functie (bv. van maatschappelijk assistent) enkele administratieve taken uitvoert zonder dat men onder het 'administratief personeel' gekenmerkt wordt.

In het geval het personeelslid een hybride functie heeft met een administratieve functie, valt ze buiten het toepassingsgebied. De enige manier om de simulatie én een baremakeuze voor een IFIC-barema mogelijk te maken voor werknemers waarvoor een hybride functie werd toegewezen, van enerzijds een sectorale IFIC-referentiefunctie met een geactiveerd barema en anderzijds een administratieve functie (die buiten het toepassingsgebied van het protocol valt) is het volgende:

  • voor contractanten het opstellen van twee verschillende arbeidscontracten, één gelinkt aan de sectorale IFIC-referentiefunctie waarvan het IFIC-barema geactiveerd is, en de andere voor de resterende arbeidstijd aan de administratieve functie & het oude barema
  • voor statutairen dient het benoemingsbesluit aangepast met de expliciete vermelding dat het personeelslid verloond wordt (zo keuze voor IFIC) volgens het IFIC-barema voor de arbeidstijd gelinkt aan de sectorale IFIC-referentiefunctie waarvan het IFIC-barema geactiveerd is, en volgens het oude barema voor de resterende arbeidstijd.

Dit dient wel steeds te zijn besproken én op individuele vraag van de werknemer te zijn.

Vraag nummer 5314

De sociale partners benadrukken dat de leden, zowel langs werkgevers- als vakbondszijde, de nodige tijd moeten krijgen om de begeleidingscommissie voor te bereiden

Vraag 5315

Het systeem van IFIC voorziet een onderhoudsprocedure.  Doorheen de jaren evolueren organisaties, technologieën en wordt de wetgeving gewijzigd. Dat brengt onvermijdelijke veranderingen met zich mee: de inhoud van bestaande functiebeschrijvingen moet aangepast worden, functiebeschrijvingen moeten worden geschrapt en er moeten nieuwe functies worden toegevoegd aan het sectorale functietapijt.  Het onderhoudsproces is een proces van voortdurende, cyclische en constante verbetering. Er is geen deadline om onderhoudsaanvragen bij IFIC in te dienen. Ze kunnen op het even welk moment overhandigd worden. IFIC waakt er trouwens over dat elke functie van het systeem minstens één keer per tien jaar wordt herzien (anders gezegd, ook al is er geen enkele onderhoudsaanvraag voor deze functie ontvangen). Meer informatie vindt u via deze link: https://www.if-ic.org/nl/onderhoudsprocedure

Vraag nummer 5401

Er zijn nog geen vragen.

Het gaat hier over de ‘vaste afgevaardigden’, dit zijn de personeelsleden die in toepassing van de Wetgeving Vakbondsstatuut geregeld en doorlopend de beroepsbelangen van het personeel behartigen en die als zodanig erkend zijn en met verlof zijn gesteld. De vaste afgevaardigden zijn dus de syndicaal vrijgestelden die gedetacheerd zijn naar de vakorganisaties. Zij zijn van rechtswege met vakbondsverlof.
Ook medewerkers van lokale besturen die vaste afgevaardigden bij een vakorganisatie zijn, worden ingeschaald in de IFIC-functieclassificatie en IFIC-barema’s, voor zover zij onder het beoogde toepassingsgebied vallen. Zij volgen dus de organieke regels die voor de invoering van IFIC vastgelegd zijn.

Vraag nummer 5601

In de huidige barema’s maken wij onderscheid tussen een gebrevetteerde verpleegkundige en een gegradueerde (bachelor) verpleegkundige. Die laatste zit in een hoger barema, maar de taakinhoud is dezelfde. Zullen zij dan allen hetzelfde loon ontvangen via de IFIC barema’s of zit er daar toch ook nog een onderscheid in opleidingsniveau?

Wat betreft de gebrevetteerde verpleegkundigen en bachelor verpleegkundigen: er is, exclusief voor de functies van verpleegkundigen en van opvoeders in het departement ‘Verpleging-Verzorging’ gewogen in categorie 14, een baremieke differentiatie gebaseerd op het opleidingsniveau (<Bachelor = 14B / Bachelor of + = 14). Het gaat om een differentiatie qua barema, en niet wat betreft de inhoud van de functie. Deze differentiatie is dus niet zichtbaar in de functiewijzer, die enkel een overzicht geeft van de wegingscategorieën.

Vraag nummer 5602

Studenten met een arbeidscontract, die vallen onder de sectoren betrokken bij de implementatie, worden op dezelfde manier en met dezelfde modaliteiten als voor andere werknemers, betrokken.

Dit betekent dat studenten een sectorale referentiefunctie toegewezen moeten krijgen conform de vuistregels (toewijzen op basis van takenpakket, 80% regel, … zie hoofdstuk “3.2 vuistregels voor de functietoewijzing” van de handleiding) en dat hun IFIC barema bepaald moet worden volgens dezelfde modaliteiten als voor de andere werknemers.

Vraag nummer 5603

Nieuwe werknemers vanuit een wervingsreserve, die werd uitgeschreven voor de implementatie van IFIC, en die later via deze wervingsreserve voor die functie in dienst komen (na 31/12/2021), krijgen uitzonderlijk eenmalig de keuze (bij indiensttreding) tussen het barema vermeld ten tijde van de wervingsreserve en het IFIC barema gekoppeld aan de functie. Voor het overige zijn de bepalingen die gelden voor werknemers die vanaf 01/01/2022 in dienst treden van toepassing op deze nieuwe werknemers.  Deze werknemers kunnen dus geen beroep indienen tegen de functietoewijzing en hebben ook geen recht op de retroactiviteit op 01/07/2021.

Vraag nummer 5605

In protocol 1 is volgende bepaling opgenomen: bij twijfel of overlap geven de sociale partners de richtlijn dat men ten minste 1/3 van de arbeidstijd moet tewerkgesteld zijn binnen een van de betrokken geregionaliseerde zorginstellingen. De sociale partners adviseren om dan ook de juridische situatie aan te passen aan de feitelijke.

Vraag nummer 5606

De terugwerkende kracht heeft impact op alle toeslagen en elementen die aan het salaris gekoppeld zijn.

Vraag nummer 5607

De sociale partners benadrukken dat de regels en bepalingen zoals vastgelegd in de protocollen deel 1 en deel 2 van 24/11/2021 gerespecteerd dienen te worden.

Wat betreft de gebrevetteerde verpleegkundigen en bachelor verpleegkundigen: er is, exclusief voor de functies van verpleegkundigen en van opvoeders in het departement ‘Verpleging-Verzorging’ gewogen in categorie 14, een baremieke differentiatie vastgelegd, gebaseerd op het opleidingsniveau (<Bachelor = 14B / Bachelor of + = 14). Het gaat om een differentiatie qua barema, en niet wat betreft de inhoud van de functie. Deze differentiatie is dus niet zichtbaar in de functiewijzer, die enkel een overzicht geeft van de wegingscategorieën.

Vraag nummer 5608

Juridisch gaat het hier om twee verschillende werkgevers en bijgevolg kan men geen retroactiviteit toekennen.

Vraag nummer 5609

Is het waar dat het IFIC-systeem nadelig is voor de pensioenen van ambtenaren omdat het voornamelijk waarde hecht aan het begin van de loopbaan, en dus niet meer voordelig is aan het eind van de loopbaan?

In de eerste plaats is het nuttig te preciseren dat IFIC het einde van de loopbaan niet systematisch benadeelt, ook al kan het IFIC barema voor sommige functies minder voordelig zijn op het einde van de loopbaan dan het huidig barema. De IFIC barema's behouden ook het beginsel van anciënniteit (het loon aan het einde van de loopbaan is altijd gunstiger dan aan het begin van de loopbaan). En ter herinnering, geen enkel werknemer in dienst is verplicht om te kiezen voor het IFIC-barema.
Wat de daadwerkelijke impact op de pensioenen betreft, moet het antwoord genuanceerd worden: voor de contractuelen wordt het pensioen berekend op de gehele loopbaan, dus als IFIC voordeliger is voor het geheel van de loopbaan, zal dit ook het geval zijn voor het pensioen.
Wat de statutairen betreft wordt het pensioen berekend op de laatste jaren. Indien IFIC gedurende deze laatste jaren nadeliger is, zal er dus inderdaad sprake zijn van een negatief effect op het pensioen. Dit is ook de reden waarom er bijzondere aandacht wordt besteed aan de laatste jaren van de loopbaan in de loonsimulaties die de werknemers in dienst en die een keuze moeten maken tussen het IFIC barema en hun huidige barema ontvangen.

Vraag nummer 5610

De situatie wordt vastgezet op het moment van de functietoewijzing aan de werknemer (of op het ogenblik van in dienst treden in de functie, voor de nieuwe werknemers). Eventuele latere evoluties wat betreft de uitgeoefende functie, moeten in voorkomend geval het contract/benoeming aangepast worden, conform de wetgeving van kracht.

Vraag nummer 5611

Neen. In het kader van een definitieve of tijdelijke wijziging in de arbeidstijd (bv.: loopbaanonderbreking, halftijds werken om medische redenen, het opnemen van extra uren, enz.) zonder verandering van functie, moet het IFIC-barema niet toegepast worden op een werknemer die ervoor gekozen had om zijn huidige loonvoorwaarden te behouden in het kader van de sectorale implementatie. Hij behoudt het recht op zijn huidige verloning.

Vraag nummer 5612

De sociale partners hebben in protocol deel 3 van 24/11/2021 bepaald dat zorgkundigen die kiezen voor het IFIC barema categorie 11 vanaf het 19de jaar anciënniteit recht hebben op een complement op dat barema (aanvulling tot de huidige salarisschaal C2). Het gaat niet over een nieuw barema maar over een salarisaanvulling bij het bestaande IFIC-barema.

Protocol deel 3 van 24/11/2021 afgesloten door de sociale partners van de Vlaamse publieke sector stelt dat het hier gaat over alle personeelsleden-zorgkundigen die een sectorale IFIC-referentiefunctie van zorgkundige toegewezen hebben gekregen, ongeacht de huidige loonschaal (zij het C1, C2, D1, enz.) van het personeelslid. Het protocol deel 3 voorziet ook dat deze regeling niet van toepassing is op nieuwe personeelsleden-zorgkundigen die vóór hun nieuwe tewerkstelling reeds ingedeeld waren in IFIC-categorie 11.

Vraag 5613

Nee, men moet de vastgelegde termijnen van de protocollen (deel 1 en 2) van 24/11/2021 respecteren. Vanaf datum E heeft het personeelslid 4 weken de tijd om zijn of haar baremakeuze bekend te maken (indien men niet in beroep gaat).

Er is echter wel een beschermingsmaatregel van toepassing: de nieuwe IFIC barema’s mogen in geen geval leiden tot een verlaging van het loon van het in dienst zijnde personeel (in dienst is op 31/12/2021 en nog steeds in dienst op datum E) op het moment dat de nieuwe loonschalen geïmplementeerd worden. Dit wil zeggen: als een werknemer kiest voor IFIC barema en zijn huidige loonvoorwaarden zijn hoger, dan behoudt hij zijn huidige loonvoorwaarden (incl. toekomstige verhogingen) tot de maand waarin het IFIC barema hoger komt te liggen. Vanaf dan ontvangt hij het IFIC barema voor de rest van de loopbaan.

Vraag 5614

Protocol 2 van 24/11/2021 stelt duidelijk dat de keuze om in te stappen in het IFIC-barema definitief en onomkeerbaar is.

Er is wel de beschermingsmaatregel dat als een werknemer kiest voor IFIC barema en zijn huidige loonvoorwaarden zijn hoger, dan behoudt hij zijn huidige loonvoorwaarden (incl. toekomstige verhogingen) tot de maand waarin het IFIC barema hoger komt te liggen. Vanaf dan ontvangt hij het IFIC barema voor de rest van de loopbaan.

Vraag nummer 5615

Het moment waarop de baremieke beschermingsmaatregel van toepassing gaat, is vanaf de opening van het recht op het IFIC barema. In dit geval is dit dus 01/07/2021 of de datum van indiensttreding in de functie (indien tussen 01/07/2021 en 31/12/2021). Dit wordt ook zo weergegeven op de individuele baremasimulatie die de werknemer krijgt op datum E.

Ter herhaling: baremieke beschermingsmaatregel gaat als volgt (protocol deel 2): “Het personeelslid dat voor het IFIC-barema kiest, maar dat op het ogenblik van de keuze in een anciënniteitsjaar zit waarin het startbarema hoger is dan het IFIC-barema, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inclusief de overeengekomen toekomstige verhogingen, tot de maand waarin het IFIC-barema een hogere nominale waarde bereikt dan het startbarema, voor dezelfde arbeidstijd. Vanaf die maand zal hij/zij het IFIC-barema ontvangen. Deze vergelijking tussen het IFIC barema en het startbarema wordt gemaakt op basis van het maandloon”

Het moment van de keuze moet gelezen worden als het moment waarvoor men kiest, en niet waarop. De sociale partners wensen met dit antwoord de kwestie te verduidelijken.

Vraag 5616